Risk en Sport schreef hier in januari 2020 en in mei van dit jaar ook al over. Wij vroegen ons af waarom in andere landen zoals Engeland die problemen beter onder controle zijn en wij pleitten voor een hardere aanpak en handhaving door zowel de bond als de clubs. Uiteindelijk is het de vraag hoe lang wij als gemeenschap nog accepteren dat zo’n groot beslag op algemene middelen en beschikbare politiecapaciteit moet worden gelegd om een voetbalwedstrijd te kunnen laten plaatsvinden.

In de laatste nieuwsbrief van de Nederlandse Sportraad stond een artikel over veiligheid in de topsport en dan met name over het gedrag van voetbalsupporters. Zij publiceerden de brief die eind mei aan onze minister van Sport werd gezonden over dit onderwerp.

De Sportraad refereert daarin aan het debat in de Tweede Kamer en steunt het onderzoek naar de Engelse aanpak. Daarmee zouden overtredingen in een stadion ook strafrechtelijk vervolgd kunnen worden.  Nederland kent ook het strafrecht. Misschien dat dit moet worden uitgebreid, maar het lijkt ook een kwestie van handhaven te zijn.

De raad concludeert dat voetbalorganisaties onvoldoende in staat zijn om hun verantwoordelijkheid voor veiligheid in het stadion waar te maken. Zij adviseert om de organisatiekracht van de betaald voetbalorganisaties en andere topsportorganisaties te versterken.

Risk en Sport steunt de visie en het advies van de Sportraad. Wij denken echter dat ook andere betrokkenen hier een prominente rol kunnen en moéten spelen. Op de eerste plaats is er de voorbeeldfunctie van coaches en spelers. Spelers en trainers voelen zich bij het minste of geringste benadeeld. Bij iedere wel of niet gegeven strafschop en/of gele kaart wordt de arbitrage belaagd. De media haken daar vervolgens graag op in.  Op de tweede plaats is er de KNVB. Daar lijkt vooral het belang van het betaald voetbal te prevaleren. Het belang van miljoenen Euro’s en internationale coëfficiënten is blijkbaar zo groot dat effectieve maatregelen vermeden worden. Problemen in en rond het stadion worden nog te veel afgedaan als onontkoombare symptomen van de hedendaagse maatschappelijke veranderingen. Een dergelijke houding belemmert het daadwerkelijk zoeken naar en uitvoeren van passende maatregelen.

Overigens is het bij de voetbalsport het meest zichtbaar, maar wie naar het gedrag van het publiek bij wielerwedstrijden (bijvoorbeeld bergetappes in de Tour de France) en bij de autosport kijkt ervaart dezelfde problematiek. Onze conclusie is dat de discussie en het advies van de Nederlandse Sportraad goed zijn. Ondertussen kan het goede voorbeeld van spelers en coaches en het strikter handhaven van bestaande maatregelen ook al voor een grote stap in de goede richting zorgen.